Het voorjaar is begonnen, de natuur komt weer tot leven. Planten, bomen en struiken spruiten weer uit. Nu de eerste voorjaarszon zorgt voor wat warmte, beginnen insecten weer te vliegen. Verschillende wilgensoorten zorgen voor een belangrijk voedselaanbod voor verschillende insectensoorten. Later in het seizoen zijn er ook andere struiken die hier een bijdrage aan leveren en daarnaast zorgen voor het verhogen van de biodiversiteit. Hieronder leest u meer over een drietal struiken die bijdragen aan de biodiversiteit.
De Vuilboom – Frangula alnus (Rhamnus frangula)
De Vuilboom, ook wel Sporkehout genoemd, is een soort die met name voorkomt de wat armere zandgronden. Het is een typische soort die langs de randen of op de heide staat en is in de winter te herkennen aan zijn grijzige kleur. De soort kan vrij goed tegen wisselende waterstanden.
Het bijzondere van de Vuilboom is dat de soort vrijwel de gehele zomerperiode doorbloeit. Het biedt dus een voedselaanbod voor insecten gedurende een lange tijd van de zomer en is een zeer belangrijke drachtplant voor honingbijen. De soort is goed af te zetten en loopt dan weer gemakkelijk uit. Hoe meer snoei hoe meer bloei, geldt voor deze struik. Dat is een eigenschap die niet elke struik heeft en dit is een goed argument om een vuilboom te planten. Dit soort is een waardplant voor verschillende vlindersoorten als Boomblauwtje, Citroenvlinder en Groentje.
Wilde of Inlandse Lijsterbes – Sorbus aucuparia
De Inlandse Lijsterbes, ook wel Wilde Lijsterbes genoemd, behoort tot het gelijknamige geslacht Lijsterbes en bestaat uit verschillende soorten. De Lijsterbes is een soort die zich vrij gemakkelijk verspreidt, een pionier is en een beschaduwde bosbodem vrij goed kan verdragen. De soort wordt door verschillende zoogdieren, vogels en insecten gebruikt. Dat is ook mede de reden dat dit soort zich spontaan vestigt. De Lijsterbes heeft het de laatste jaren moeilijker door opeenvolgende zeer droge jaren.
Ook in de winterperiode draagt de Lijsterbes bij aan voedselaanbod voor verschillende vogelsoorten. De naam Sorbus aucuparia is afgeleid van de Latijnse woorden avis (vogel) en capere (vangen). De bessen hebben een oranje tot rode kleur en vaak hangen de takken helemaal naar beneden door het gewicht van de trossen met vruchten. Met name in de wintermaanden als de eerste vorst is geweest, zijn de bessen geliefd bij bijvoorbeeld de kramsvogel en koperwiek. Verder is de Inlandse Lijsterbes geschikt voor insecten als eikenblad, groot geaderd witje, lindepijlstaart, meidoornstippelmot, meriansborstel, plakker, witvlakvlinder en wolspinner.
Meidoorn – Crataegus monogyna
De meidoorn is een waardevolle plant die in het verleden veel werd toegepast op het erf, als afscheiding om te dienen als veekering. De meidoornhagen zijn een belangrijk landschapselement waar dieren dekking in kunnen zoeken en evenwel vogelsoorten in dichte hagen kunnen nestelen. Ook in zijn natuurlijke vorm is de meidoorn een karakteristieke struik en een typische struweelvormer. Naast de cultuurhistorische waarde, biedt de meidoorn door de uitbundige witte bloesem in mei (vandaar ook de naam meidoorn) en rode vruchten in het najaar een belangrijke ecologische waarde. Het is een soort die het met name goed doet op de (armere) zandgronden, bijvoorbeeld in schrale houtwallen. Het is een waardplant voor verschillende insectensoorten zoals de mei , eikenblad, koningspage, en het root geaderd witje, maar ook voor diverse soorten zandbijen.