Het bestuur van het Jeneverbesgilde (voorzitter Jan Mager en Pieter Posthumus) bracht zaterdag 22 oktober een werkbezoek aan de Jeneverbesbrigade Siepelveen in Zeegse. Ze werden vergezeld met de fotograaf van Het Dagblad van het Noorden Hilbrand Dijkhuizen. Pieter Posthumus doet verslag.
“We liepen over de zandverstuiving van de prachtige Zeegserduinen langs een Jeneverbesstruweel waar de grootste Jeneverbesstruik van Noord-West Europa staat: een mooie blikvanger. We werden enthousiast begroet door de locatieleider Taco de Vries. Samen liepen we naar de vrijwilligers die druk in de weer waren met het verwijderen van Amerikaanse vogelkers. Het zag er professioneel uit. Er stond een tweeassige Agria trekker met aanhanger waar de verwijderde Amerikaanse vogelkers op werd gelegd om vervolgens af te voeren naar het aangrenzende bos waar een grote takkenril aangelegd is.” Vervolgens vertelt Pieter Posthumus het doel van het bezoek. “Ten eerste wil het bestuur kennismaken met de jeneverbesbrigadiers en daarnaast is het een bijzondere dag in Zeegse vanwege het planten van 96 jonge jeneverbesplantjes op het Jeneverbesstruweel. De stekjes zijn afkomstig van Rijksuniversiteit Groningen die ze voor onderzoek heeft gebruikt. De stekjes komen van het jeneverbesstruweel Drouwenerzand, eigendom van het Stichting Het Drentse Landschap. Het gaat dus om autochtoon materiaal.”
Pieter hoopt dat de plantjes uitgroeien tot een mooie wasdom. Pieter: “Op deze wijze dragen we bij dat veel wandelaars in de toekomst kunnen genieten van deze onmisbare soort op de droge heide.” De fotograaf legde het planten van de jeneverbesplantjes vast en het artikel stond afgelopen maandag in de krant.